Stuurvrouw van mannenboot

Eline Berger (24) woont en studeert in Rotterdam en is stuurvrouw van de Holland Acht. Kort voor de Olympische Spelen, in april van dit jaar, verving zij Aranka Kops. Vijf vragen voor het vertrek met de Nederlandse roeiers naar Tokyo.

Hoe bijzonder is een stuurvrouw in een mannenboot?
“Op de Olympische Spelen is het een primeur, in andere wedstrijden mag het reglementair pas sinds een paar jaar. Ik denk dat mijn voorgangster in 2019 de eerste was. De mannen van de Acht waren het dus al gewend. Voor zover ik weet is het in andere landen nog niet doorgebroken.”

Roei je zelf ook?
“Bij Skadi heb ik ongeveer een jaar competitiewedstrijden geroeid. Van daaruit ben ik gaan sturen. Dat leek mij leuk. Ik ben ook niet zo groot, als roeier moet je fysiek sterk zijn. Als stuur ben je veel meer met het hoofd bezig. Het vereist leiderschap, inzicht, coaching.”

Hoe kwam je uiteindelijk in de Holland Acht?
“Ik begon als stuur van de club acht, geen wedstrijdboot. Na twee jaar heb ik op advies van mijn coach geïnformeerd of ze bij de bond een plek voor mij hadden. Daarna is het hard gegaan. Zilver met de Vrouwen Acht op het WK onder 23 jaar in 2018, het jaar erna goud. Maar bij de senioren was er geen plaats voor mij. Jammer, want ik had het gevoel dat ik misschien wel door kon groeien richting Olympische Spelen. Ik heb me toen maar gefocust op mijn studie. Tot ik een paar maanden geleden een telefoontje kreeg. Ik kon met de Holland Acht mee op trainingskamp in Italië.”

Wat is je rol als stuurvrouw?
“Het is niet alleen de rechte lijn houden. Ik geef informatie door over de snelheid en de positie in het veld. Een belangrijke taak is zorgen dat het raceplan goed wordt uitgevoerd. Afhankelijk van wat er tijdens de race gebeurt, kan het nodig zijn om dat aan te passen. Komen we als eerste of als laatste uit de start? Moeten we de sprint eerder inzetten? Het is constant schakelen, twee kilometer roeien is in vijfenhalve minuut voorbij.”

Ben je zenuwachtig voor de races op de Spelen?
“Een beetje, dat is logisch. Er staat veel op het spel, hier is jaren voor getraind. Zelf heb ik een korte aanloop gehad. Ik had mijn periode als stuur bij het wedstrijdroeien al min of meer afgesloten. Maar het vuur in mij begint weer te branden. Ik weet wat ik moet doen, uit eerdere races heb ik het vertrouwen dat ik het aan kan. En ook de jongens gaan er voor de volle honderd procent voor!”