Topsportcentrum omgeturnd: ‘Als wij zo'n trainingscentrum binnenhalen, moet de hele stad dat merken’

Vanaf de zomer is de tweede stad van het land weer basis van een topsportprogramma. In het Topsportcentrum komt een nationaal trainingscentrum voor het herenturnen.

Bron: AD Special 5 januari 2021 | Tekst: Suzanne Eijgenraam | Foto's: Bart Hoogveld

Topturner Bart Deurloo is op het onderdeel rekstok geplaatst voor de Olympische Spelen in Tokio, deze zomer. Hij woont in Rotterdam, maar reist dagelijks naar Zwijndrecht om te trainen in de zaal van gymnastiekvereniging Oefening & Ontspanning.

Na de Spelen is dat niet meer nodig. Vanaf september kan hij terecht in het gloednieuwe Nationale Trainingscentrum van de Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie (KNGU) in zijn woonplaats. ,,En daar zijn we erg blij mee’’, zegt Bram van Bokhoven, bondscoach van het Nederlands herenturnteam. ,,In Zwijndrecht liepen we tegen een plafond aan, het wordt er in de zaal wel erg druk.’’

Peter Blangé, directeur van Rotterdam Topsport, maakte zich samen met de KNGU, gemeente Rotterdam en sportkoepel NOC*NSF hard voor de komst van dit trainingscentrum. Want Rotterdam mag dan een stad zijn waar veel sportevenementen plaatsvinden – ook het NK Turnen is ieder jaar in Ahoy –, bij zijn aanstelling in september 2019 kreeg hij de opdracht de stad weer op de kaart te zetten als trainingslocatie voor topsporters.

300.000 beoefenaars
Samen met Den Haag en Dordrecht vormt Rotterdam het CTO Metropool, waarbij CTO staat voor Centrum voor Topsport en Onderwijs. In deze steden zijn de juiste faciliteiten voor sporters op het hoogste niveau. Ze kunnen er trainen, wonen en een opleiding volgen. Den Haag huisvest al een nationaal trainingscentrum voor beachvolleybal, zeilen en skaten.

Op dit moment is er echter vanuit TeamNL, de Nederlandse koepel voor sport op internationaal topniveau, geen enkel topsportprogramma dat Rotterdam als vaste trainingsbasis heeft. In het verleden gold dit bijvoorbeeld voor volleybal en judo. ,,En dat is een gemis. Rotterdam is de tweede stad van Nederland, met veel geschikte accommodaties’’, zegt Blangé. Hij is dan ook opgetogen over de komst van de turners. ,,Turnen is een heel grote sport in Nederland, met bijna 300.000 beoefenaars.’’

Valkuil
Een van de hallen van het Topsportcentrum wordt binnenkort – let op de woordspeling – omgeturnd tot trainingscentrum. Dat wordt zo ingericht, dat de ongeveer tien topturners die er tweemaal per dag gaan trainen er optimaal kunnen presteren. De meesten wonen in de omgeving en zitten in Rotterdam op school. Behalve Deurloo gaat het bijvoorbeeld om Frank Rijken, afkomstig uit Oostvoorne. ,,Zij vinden het super, de locatie is uniek. Ze vinden het mooi om de volgende stap in het turnen in Nederland te kunnen zetten’’, zegt hun coach Van Bokhoven.

Zo komt de hele hal op een podium te staan waarop de toestellen geplaatst worden. ,,Dat is een unieke situatie’’, weet Van Bokhoven. ,,Normaal trainen we op een betonnen vloer, maar bij EK’s, WK’s en de Olympische Spelen staan de toestellen op een podium. Dat geeft een andere dynamiek, er zit dan meer beweging in de toestellen, en die kunnen we nu nabootsen.’’

Ook komen er een valkuil in de hal en een krachttrainingscentrum, waar behalve de turners ook topsporters uit andere disciplines gebruik van kunnen maken. ,,De spelers van Feyenoord Basketball bijvoorbeeld’’, zegt Jan Tromp, de projectleider namens Rotterdam Topsport.

Wat het trainingscentrum verder bijzonder maakt: er is plek voor zevenhonderd man publiek. Dat maakt de ruimte zeer geschikt voor evenementen en wedstrijden. ,,Binnen dertig minuten is de trainingssetting te veranderen in een wedstrijdsetting’’, zegt Tromp. ,,Als er nu ergens een regiowedstrijd is, moeten vrijwilligers altijd een hele hal ombouwen. Bij ons staat alles al klaar.’’

Als wij zo’n trainingscentrum binnenhalen moet de hele stad daar iets van merken.
- Jan Tromp -

Sportpiramide
Niet alleen de Nederlandse heren kunnen er straks terecht. Er komen ook toestellen voor dames. De talentenploeg, waarvoor de trainingslocatie Zwijndrecht blijft bestaan, kan er eveneens trainen. ,,En in de avonduren kunnen lokale turnverenigingen de zaal afhuren, zodat bijvoorbeeld hun selecties er kunnen trainen’’, zegt Tromp. ,,Zo bedienen we de hele sportpiramide’’, vult Blangé aan.

Rotterdam gebruikt de komst van het bijzondere trainingscentrum om turnen in de hele stad, maar met name onder de jeugd, een extra impuls te geven. ,,Als we zo’n trainingscentrum voor topsporters binnenhalen, moet de hele stad daar iets van merken, vinden wij’’, zegt Tromp.

Dat heeft een belangrijk doel: door al op jonge leeftijd een stevige basis te leggen in het turnen, kunnen meer Rotterdammers het niveau van een topturner bereiken. ,,Want als de huidige topturners stoppen, moet daarachter een volgende generatie klaarstaan’’, zegt Van Bokhoven.

Die extra aandacht is dan ook nodig, want in Rotterdam zijn relatief weinig inwoners lid van een turnvereniging. Met name weinig jongens hebben interesse voor de brug, ringen of rekstok. ,,Negentig procent van de leden is meisje of vrouw’’, zegt Tromp. In andere gemeenten is het percentage jongens dat turnt ook lager dan het aantal meisjes, maar in Rotterdam is dit percentage nóg lager dan gemiddeld, volgens Van Bokhoven.

Daarom komt er meer aandacht voor turnen op verschillende terreinen. Zo krijgen in samenwerking met het Sportbedrijf Rotterdam verschillende gymzalen in de wijken een upgrade, zodat ze straks beter geschikt zijn om in te turnen.

De verschillende turnverenigingen die er nu in Rotterdam zijn, krijgen in samenwerking met Rotterdam Sportsupport gerichte ondersteuning. Van Bokhoven: ,,In Rotterdam zijn, in vergelijking met andere steden, een heleboel kleine clubs. Dat is typisch Rotterdams.’’ En Tromp: ,,We kijken of die beter kunnen samenwerken, zodat de selecties bijvoorbeeld gezamenlijk kunnen trainen en coaches bij verschillende verenigingen aan de slag kunnen.’’

Bart Deurloo laat jonge Rotterdammers zien wat je met deze gave sport kunt bereiken.
- Bram van Bokhoven -
Schermafbeelding 2021-01-29 om 13.46.02.png

Boegbeeld
Het tegenstrijdige is: hoewel er relatief weinig Rotterdammers aan turnen doen, kampen deze verenigingen toch regelmatig met wachtlijsten. Er zijn niet genoeg geschikte trainers, omdat er onvoldoende opleidingsmogelijkheden zijn. ,,Daarom kijken we samen met de KNGU en opleidingscentrum Albeda hoe we opleidingen kunnen organiseren’’, zegt Tromp. Trainers van de KNGU zullen ook regelmatig trainingen voor talenten verzorgen bij de Rotterdamse verenigingen.

Op scholen worden kinderen in aanraking gebracht met het turnen, onder andere door de inzet van sportfunctionarissen. Jongeren hebben tegenwoordig veel sporten om uit te kiezen. ,,Daarom moeten we ze er op school en op de buitenschoolse opvang achter laten komen dat turnen de leukste sport is’’, zegt Van Bokhoven. Topturner Deurloo is daarbij een prachtig boegbeeld. ,,Op die manier gaan we hem ook zeker inzetten’’, zegt zijn coach. Dankzij Deurloos successen kunnen jonge Rotterdammers al langer zien wat een gave sport turnen is en wat je ermee kunt bereiken. Van Bokhoven: ,,In de toekomst komen er mogelijk open trainingen, waarbij jongeren met hem kunnen trainen.’’

Veilige omgeving
Nog even terug naar het trainingscentrum. Blangé is blij dat hij het turnen weer op een positieve manier onder de aandacht kan brengen, na alle commotie in met name het damesturnen. De KNGU doet daar momenteel grootschalig onderzoek naar, nadat oud-turners hun verhaal deden over werkwijzen van coaches in het verleden.

Blangé wil daarom één ding benadrukken: het CTO Metropool doet er alles aan om een transparant, veilig, pedagogisch, didactisch sportklimaat voor de turners te creëren. Daarbij zijn er voldoende controlemiddelen, waardoor misstanden snel gesignaleerd kunnen worden. ,,Dat vind ik heel belangrijk, zeker omdat er veel minderjarige sporters in dit sportprogramma zitten. Hetzelfde geldt voor de situatie bij de Rotterdamse turnverenigingen.’’