Topsporters improviseren op weg naar Tokyo

Marieke Keijser en Dwayne Kemp kunnen niet stilzitten en trainen 'gewoon' door. Vanwege het coronavirus zijn sportaccommodaties gesloten en moeten sporters hun trainingsschema's drastisch aanpassen om fit te blijven. Topsporters die zich voorbereiden op de Olympische Spelen kunnen niet lang stilzitten en hebben inmiddels alternatieven gevonden om in shape te blijven. Rotterdam Topsport Heroes Marieke Keijser en Dwayne Kemp vertellen hoe zij het hebben opgelost.

Marieke Keijser traint noodgedwongen veel thuis, op een roeimachine. Omdat de bondstrainingen vanwege het coronavirus werden gestaakt kregen alle topsporters een apparaat met ergometer en een trainingsschema van de coach. De roeibaan is vanwege besmettingsrisico gesloten. Toch is voor Marieke een uitzondering gemaakt.

“Roeiers die al gekwalificeerd zijn mogen van de gemeente Amsterdam ombeurten op de Bosbaan”, vertelt de 23-jarige Rotterdamse. “Maar alleen in een eenpersoonsboot. Voor bijvoorbeeld de Holland Acht is dat natuurlijk niet optimaal. Zij hebben zelf geen skiff en wisselen mag niet vanwege de hygiëne.”

Voor Marieke, die is gekwalificeerd voor de lichte dubbeltwee, is alleen trainen ook een noodoplossing. Trainen zonder teamgenoten en coach is anders dan ze inmiddels gewend is. "We weten pas sinds donderdag dat we in de skiff wél buiten kunnen roeien. Het gaat zo snel en je moet zoveel veranderen, ik bekijk het echt stap voor stap.”

Dat het doorgaan van de Spelen omstreden en onzeker is, is iets waar Marieke liever niet bij stilstaat. “De hardste klap hebben wij als roeiers al gehad. De wereldbekers en het Olympisch kwalificatietoernooi zijn afgelast. Dat betekent dat we geen officiële races meer roeien, wat voor ons heel belangrijk is om te testen hoe de vorm is.”

"Feitelijk zijn we terug in de winter-modus, nu de wedstrijden eruit zijn", analyseert Marieke. "Deze tijd moeten we door zien te komen."

Ik probeer er het beste van te maken en blijf zoals altijd voor de volle honderd procent trainen.
- Marieke Keijser

Honkballer Dwayne Kemp blijft fit door vaker lange stukken te lopen nu de groepstrainingen met Neptunus en Oranje stilliggen. “Voorheen was het meer sprinten en voetenwerk, nu heb ik langdurig lopen toegevoegd. Ik merk dat het steeds beter gaat, ik hou het al bijna tien kilometer vol. Op de openbare atletiekbaan naast het honkbalstadion kan ik sprintjes trekken. En thuis een beetje opdrukken en buikspieroefeningen doen.”

“Ik ben altijd wel met mijn lichaam bezig, qua kracht en uithoudingsvermogen”, legt Kemp uit. “Afgelopen najaar heb ik op Aruba elke dag voluit getraind, en daarna ook weer met het Nederlands team en voor mezelf. Dus als ze morgen zeggen: jullie kunnen weer wedstrijden spelen, ben ik in shape. Het kan natuurlijk altijd beter, in mijn ogen is het nooit genoeg.”

De 32-jarige international berust in de situatie. “Ik zie het als off-season, hopelijk hebben we nog voldoende tijd om kracht en techniek te trainen. Het wordt spannend of de hoofdklasse competitie op 16 april kan starten. Maar het Olympisch kwalificatietoernooi eind juni is nog best ver weg. Ik probeer me te focussen op wat ik wél kan nu: conditietraining, een beetje kracht, goed eten en op tijd naar bed.”

“Natuurlijk hoop ik dat we snel groen licht krijgen om weer samen op het veld te trainen", besluit Kemp. "Als het lang duurt, kan ik het slaan wel weer oefenen in het park. Nu doe ik dat nog niet. Alleen af en toe een knuppeltje vastpakken, voor het gevoel.”

Auteur: Emile Hilgers

Bron: De Havenloods maandag 23 maart 2020