CHIO terrein
De Sociëteit gevestigd in de Rotterdamsche Manège ‘De Jockey Club’ is met haar 181-jarig bestaan één van de oudste verenigingen en sociëteiten van Nederland met unieke tradities. In 2013 werd de vereniging onderscheiden met de Koninklijke Erepenning. De kleurrijke historie heeft mede bijgedragen aan de diversiteit van de hippische disciplines die op dit moment binnen de vereniging beoefend worden.
Midden in het Kralingse Bos beschikt de vereniging over luxe voorzieningen voor de manege- en pensionpaarden, twee binnenrijbanen en twee buitenrijbanen. Een groot deel van het jaar kan bovendien in de Rotterdampiste gereden worden. Op deze all-weatherbodem strijden jaarlijks de beste dressuur- en springcombinaties van de wereld tijdens het CHIO Rotterdam en in 2019 tijdens FEI Europese Kampioenschappen Springen, Dressuur en Para-Dressuur. De manege heeft een directe aansluiting op de ruiterpaden in het Kralingse Bos. Sinds 2012 is de Rotterdamsche Manège door KNHS erkend Talenten Trainings Centrum voor dressuur en springtalenten uit Zuid-Holland.
Het terrein beschikt ook over een Grandstand, de Grandstand is een modern meeting en congres centrum aan de rand van het Kralingse Bos. Het is gelegen naast het monumentale complex van de Rotterdamsche Manege. Tijdens het CHIO Rotterdam is het een drukbezocht sportstadion en het staat de overige dagen van het jaar ter beschikking voor vergaderingen, recepties en andere bijeenkomsten. Er zijn luxe skyboxen, presentatieruimtes, vergaderzalen en horeca aanwezig.
CHIO
Geschiedenis
Het CHIO Rotterdam vond in 1948 voor de eerste keer plaats en is daarmee het oudste internationale topsport evenement van Rotterdam. In 1961 wordt de eerste permanente tribune gebouwd. Helaas gaat deze in de jaren ’90 tijdens een brand verloren. Een aantal jaren later wordt de grasmat op het hoofdterrein vervangen door een All Weather bodem en verhuist de dressuur naar het hoofdterrein. Na 2010 werd er weer een permanente tribune gebouwd. In augustus 2011 werd de Grandstand geopend door ZKH Prins Willem Alexander.